De onder architectuur gebouwde rijtjeswoningen stonden in
straten waarvan de namen bedacht moesten zijn door een overcreatieve
straatnamencommissie. De straten waren schoon en recht en ingericht op
veelvuldig autogebruik. Als een modern fort lag in het midden van de wijk het
eindstation van de metro. Het bewaakte de noordoostelijke grens van de
gemeente.
Het festival had wat vrolijke artiesten uit het Nederlands
taalgebied op het affiche staan. Beide artiesten zongen niet in hun moerstaal,
maar dat zullen weinig bezoekers hebben opgemerkt. Hier ging het niet om
muziek. Hier werd gepraat en geproost. Hier was de hotspot voor lokale
socialites: een verzameling dames met breedlachende monden omrand met lipliner,
vergezeld door zonnebankbruine mannen met te brede schouders in T-shirt, jasje
en hagelwitte sneakers.
Nippend aan dure glazen bubbels werden de vakanties
besproken. Exclusieve happen werden besteld. Een patatje heette hier patatas
bravas. Poffertjes waren er wel, maar die kocht je ver weg van het hoofdpodium,
daar waar de kinderen werden zoet gehouden met kleurplaten en knutselwerkjes.
Leren jasjes en geblondeerde haren domineerden het
festivalbeeld. Vrouwen droegen grote hoeveelheden mascara op hun wimpers,
mannen hadden al even grote hoeveelheden gel in hun haren verwerkt.
Toen begon het te regenen. Terwijl mijn uiterst functionele
regenjas uitstekende diensten bewees, zag ik om mij heen wat onhandig geploeter.
Liever nat dan lelijk.
Het slot van de avond was een combinatie van nog meer water,
licht en geluid. Het onweer deed de lichtshow van de rockband teniet en ik
hield het voor gezien.
In de metro naar huis maakte ik een selfie. Ik zag een beregend
gezicht, een merkloze bril en een blauwe regenjas. Het was tijd om terug te
gaan naar de plek waar dit plaatje beter past. Waar we liever bier dan bubbels drinken. Liever
fietsen dan autorijden. Liever beleven dan bezitten. Waar mijn simpele jarenvijftigflat staat, in een straat vernoemd naar een saaie professor in de
rechten. Waar een wijk met historie ligt, en waar de enige die lipliner draagt
mijn tachtigjarige buurvrouw Wil is.
Here’s to you, Wil. Op de bubbel!
Leuk geschreven Jojanneke! Vooral erg mooi krachtig eind :) bou tipte me op je site, omdat ik zelf wel eens fantaseer over mijn eigen blogjes ��
BeantwoordenVerwijderen